Met zijn vertrek naar Saint-Étienne in 1950 werd Kees Rijvers een van de eerste Nederlandse profvoetballers. De KNVB sprak er schande van en Rijvers was niet meer welkom in het Nederlands elftal. In Frankrijk werd hij speler van het jaar, en in Parijs dwong hij met een gelegenheidselftal van Nederlandse profs in de legendarische Watersnoodwedstrijd het Franse team op de knieën. Na de invoering van het betaald voetbal in Nederland keerde Rijvers terug bij Oranje. Met Faas Wilkes en Abe Lenstra vormde hij het beruchte 'Gouden Binnentrio'. Later werd Rijvers een buitengewone trainer. Hij beleefde successen met FC Twente en PSV en stond als bondscoach aan de wieg van de gouden generatie met Van Basten en Gullit, maar ging ook door een diep dal toen Oranje zich niet plaatste voor het EK van 1984. Kees Rijvers vertelt nu voor het eerst zijn hele verhaal aan journalist en kleindochter Antje Veld. Het meeslepende leven van een eigenzinnige en gedreven man die met hart en ziel streed voor het allerbeste voetbal.